Limburg is de meest oostelijk gelegen provincie van Vlaanderen. De provincie grenst aan Nederland en is de grootste fruitproducent van het land. De levendige en gezellige plaats Hasselt is de provinciehoofdstad. Hasselt heeft een autovrij historisch centrum met gebouwen waarvan sommige dateren uit de elfde eeuw. Ook Genk is een aanrader. Deze stad heeft 63.000 inwoners. Je vindt er een dierentuin, planetarium, het natuurreservaat De Maten en Bokrijk, een openluchtmuseum voor negentiende-eeuwse Vlaamse architectuur.

Aken, vooral bekend als hoofdstad van het Frankische rijk van Karel de Grote, ligt in de streek waar Duitsland (de Duitsers noemen de stad Aachen) grenst aan Nederland en België (de Walen kennen de stad als Aix-la-Chapelle). De geschiedenis van Aken gaat echter nog verder terug dan de 8e eeuw van Karel de Grote. In de 1e eeuw na Christus waren de warme bronnen geliefd bij Romeinse soldaten (en bij Karel de Grote, die net als iedereen graag een dagje ging 'badderen'). De hoofdattractie van Aken is de kathedraal, de oudste van Noord-Europa, die op de werelderfgoedlijst van de UNESCO staat.

Eindhoven is een van de oudste steden van Nederland. Maar door de high-techindustrie en het vernieuwende design waar deze stad om bekend staat, zou je dat niet zeggen. Als je kinderen hebt die weg zijn van dingen op wielen, dan zullen ze de vrachtwagens van het DAF Museum geweldig vinden.

Met een wonderlijk contrast tussen oud en nieuw wordt het verleden van de stad Luxemburg gevierd door plaatsing op de werelderfgoedlijst. Haar huidige status ontleent zij aan aan de aanwezigheid van diverse belangrijke Europese instellingen. De stad is klein genoeg om te voet te verkennen en biedt een breed scala aan bezienswaardigheden, zoals het voorgebergte De Bock, de ondergrondse passages van de Petrusse kazematten, het Paleis van de Groothertogen en het Nationaal Museum. De talloze banken aan de boulevard Royal, eens een slotgracht, zijn een teken voor de welvaart van het groothertogdom.