In veel supermarkt en zeker in aziatische toko’s tref je ze aan, veelal als wortelknollen. Jahe (gember), kunyit (geelwortel, curcuma), laos (alpinia galanga), kencur (kaempferia galanga). Maar ook sereh (citroengras), daun jeruk perut (limoenblaadjes), daun salam (tropische laurier). Je ziet ze groeien in de plantentuin van Teba Sari Bali Agrotourism. Er zijn in deze tropische ecotuin ook bomen en struiken van de koffiebes, cacaopeulen, gewone peper, chili peper (lomboks en cabe rawit), kaneelboombast. Bezoekers aan Teba Sari Agrotourism kunnen proeven hoe verschillende soorten aangemaakte koffie en thee smaken. Het showhoogtepunt is het brouwen en proeven van Luwak-koffie, de duurste koffie ter wereld. Dat deze luwak (palmcivet) met koffiebessen gevoerd in kooien worden gehouden – dierenmishandeling -, daar ga ik aan voorbij, als ik denk aan onze eigen bio-industrie voor slachtvlees. Het is wel de bedoeling dat de bezoeker bij het verlaten van Teba Sari Agrotourism enkele pakken koffie (bonen of gemalen) en thee koopt voor thuis. Al met al een interessant bezoek.